De rol van wind bij het ontstaan van golven

In dit artikel wordt uitgelegd hoe golven ontstaan, en waardoor de uiteindelijke kwaliteit van golven ontstaat. Een goede kennis van het ontstaan van golven is erg belangrijk om te bepalen waar en wanneer je het beste kunt surfen en bijvoorbeeld welk materiaal het meest geschikt is.

Deze informatie is ook te vinden in de SurfaWhile Surf Guide – naast nog véél meer info over surfen. Te koop via Bol.com (€ 19,95) of gratis bij jouw boeking van een surfvakantie.

Het ontstaan van golven

Golven worden voor een groot gedeelte geproduceerd door wind. Stormen op de open oceaan blazen als het ware rimpels op het wateroppervlak. Wanneer deze rimpels hoger worden, krijgt de wind meer grip op de golf waardoor de golf zal groeien. De golven beginnen dus klein, maar worden hoger naarmate ze de kust naderen.

Wanneer golven voor een lange periode over de oceaan reizen, beginnen zij zichzelf te formeren tot sets van golven. Dit betekent dat meerdere golven vlak achter elkaar naar de kust toe reizen. De golven binnen een set komen vlak na elkaar aan op het strand, met daarbij tussenpozen tot de volgende set aankomt aan het strand. Wanneer golven de kust naderen, wordt het water bovendien ondieper. Het water wordt door de wind omhoog gestuwd en de golf wordt steeds hoger. Wanneer de golf op het punt staat te breken, wordt de onderkant van de golf afgeremd door de bodem aan de kust, terwijl de bovenkant van de golf over de onderkant slaat.

Typen swell

Er zijn drie typen swell (golven) te onderscheiden:

  • Groundswell: dit is de grootste en krachtigste swell. Deze swell vindt zijn oorsprong in de hierboven beschreven situatie. Groundswell komt dus van ver, heel ver.
  • Windswell: Deze swell ontstaat door hevige wind op relatief korte afstand van de kust. Deze type wind resulteert meestal in korte, ongestructureerde golven. Waarschijnlijk herken je deze omschrijving wel, deze golven vind je namelijk vaak aan de Nederlandse kust.
  • Orkanen (tropische stormen): in bepaalde seizoenen is het verschil tussen de temperatuur van de lucht en van zee het grootst, waardoor er tropische stormen ontstaan. Hieruit kunnen ongelooflijk goede golven ontstaan, die voor langere tijd kunnen blijven hangen.

De hoogte van de golven

De golfhoogte is het hoogteverschil tussen de top en het dal van de golf. De hoogte van de golven wordt door verschillende factoren beïnvloed:

  • Snelheid van de wind: hoe sneller de snelheid van de wind, hoe groter de golven zullen zijn.
  • Duur van de wind: hoe langer de wind blaast, hoe hoger de golven zullen zijn.
  • Afmeting van de wind: hoe groter het oppervlak van de wind, hoe hoger de golven zullen zijn.
  • Temperatuurverschil: ook wordt de hoogte van de golven beïnvloed door het temperatuurverschil tussen de lucht en het water. Wanneer de lucht kouder is dan de temperatuur van de oceaan, groeien de golven sneller dan wanner de lucht warmer is dan het zeewater. Hoe kouder de lucht, hoe hoger de golven zullen zijn.

Wanneer golven niet meer worden beïnvloed door wind, verliezen ze langzaam maar zeker energie. De golven reizen zover ze kunnen, terwijl ze nog meer energie verliezen door bijvoorbeeld natuurlijke obstakels als eilanden.

Uiteindelijk komen golven -uiteraard- aan op de stranden. De kwaliteit van de golven wordt op zijn beurt weer beïnvloed door lokale omstandigheden, die de uiteindelijke kwaliteit van de golven bij de surfspots bepalen. Verschillende factoren spelen hier een belangrijke rol in. Voorbeelden zijn:

  • Swell direction: vanaf welke kant komen de golven uit op het strand? Ligt de weg “open” voor de golven, of liggen er obstakels tussen de golven en het strand?
  • Bodem van de oceaan: wanneer de golven vanuit de open oceaan op een rif stuiten, ontstaan er grote, holle golven. Lange, ondiepe richels voor de kust zorgen ervoor dat de golven kracht verliezen. Meer informatie over dit onderwerp vind je in het artikel “Het verschil tussen een beach break, point break en reef break.”
  • Getijden: een groot aantal surfspots is bijna geheel afhankelijk van de getijden van de oceaan. Deze spots zijn bijvoorbeeld alleen met hoogtij of laagtij te surfen. Zo werken sommige spots niet bij hoogtij (vloed), omdat de oceaan dan te diep is. Andere spots werken bijvoorbeeld niet bij laagtij, omdat dan rotsen en riffen boven water komen te liggen.

De rol van lokale wind

Naast de hierboven genoemde factoren, wordt de final touch van de golf bezorgd door de windrichting op de lokale spot.

  • Off-shore wind: wanneer de wind vanuit het land richting de oceaan blaast, wordt er in feite tegen de richting van de golven in geblazen. Nu is de bovenstroom zeewaarts en om het evenwicht weer te herstellen, reist de onderstroming richting het strand. De golven worden als het ware “tegengewerkt” door de tegengestelde windrichting. Hieruit ontstaan de beste surfcondities.
  • On-shore wind: de wind blaast vanuit de oceaan richting het strand. Hierdoor worden de golven platgeslagen en ontstaan er rommelige condities.Wanneer wind uit zee komt, zal het oppervlaktewater naar land worden gestuwd. Om het peil te handhaven, moet dit water ook weer worden afgevoerd. Dit gebeurt langs de bodem. We hebben nu dus te maken met een bovenstroom naar land en een onderstroom naar zee. Uit deze situatie ontstaan rommelige surfcondities.
  • Cross-shore wind: hierbij blaast de wind langs het strand. Deze stroming ontstaat wanneer de wind evenwijdig aan de kust waait. Ook het water langs de bodem gaat in dezelfde richting, er is geen onderstroming. Het water hoeft nu namelijk niet afgevoerd te worden zoals bij zee en landwind. Ook uit deze situatie ontstaan rommelige surfcondities.

Tot slot

Wij hopen dat je hiermee wat meer kennis hebt opgedaan o


Over de auteur

Hans

Geschreven door Hans - Co-founder SurfaWhile, ♥️ tech, travel, sports & outdoors.